Blauwe hoed = plan hoed





Je bent de dirigent die het proces in de gaten houdt.
Je evalueert wat is bereikt, stelt vast wat de volgende stap moet zijn.
Welke actie onderneem ik, wat organiseer ik, wat is het besluit?


Waar en wanneer doe ik iets?
1. Wat moet ik doen?

2. Hoe ga ik dat doen?

3. Ik doe mijn werk.

4. Ik kijk na.


Opdracht bij blauwe hoed

Witte hoed: Ik stel vast dat er veel papiertjes op de speelplaats rondslingeren. Ik heb wel 50 papiertjes geteld vorige week.

Rode hoed: ik ben daar triestig door.

Zwarte hoed: onze school is vuil, kunnen de leerlingen dat wel in orde doen?


Blauwe hoed: We moeten een duidelijke planning maken. We moeten een oplossing vinden, gewoon elke dag de papiertjes oprapen is geen goed oplossing. We moeten er voor zorgen dat we het vermijden.
Bespreek met juf of meester hoe je dat zal doen?

Uitstappen

Op maandag 3 oktober gaan we op uitstap naar Technopolis met de leerlingen van het lagere. Graag lunchpakket voorzien, 1 drankje is inbegrepen in de prijs. We vertrekken met een bus om 8.30 en komen rond 16u terug aan in Stalhille (als er zich geen files voordoen) Gelieve € 15 mee te geven voor bus en toegangsprijs.
Op donderdag 13 oktober gaan de kinderen van het derde en vierde leerjaar in de namiddag naar de Mascobossen in Jabbeke. Ze krijgen er een rondleiding met een gids. Wie kan de kinderen brengen en (of) halen?
Op maandag 17 oktober gaan we met de leerlingen van het derde tot en met het zesde leerjaar naar het bos in Oostende. We vertrekken met de lijnbus vanuit Stalhille en komen ook met de lijnbus terug.
Op dinsdag 18 oktober gaan we met de kleuters en de kinderen van het eerste en tweede leerjaar naar het bos. Een bus brengt ons naar Bulskampveld. Daar wordt door de provincie West – Vlaanderen doe – activiteiten met een gids voorzien. 1ste kleuter: Kriebel en Wiebel 2de en 3de kleuter: Vossenstreken 1ste en 2de leerjaar: Beleef het landschap met Piep de bosmuis. Je kunt best aangepaste kledij aantrekken en ook een lunchpakket meenemen. (graag voldoende drankjes en eten meegeven)

Gele hoed = goede punten hoed



De gele hoed werd voorgesteld. Het is een hoed met goede punten.
De vragen die erbij passen:
Wat zijn de voordelen?
Wat gaat goed?
Waarom zal dit wel lukken?
Waarom is dit belangrijk?
Wat is er aantrekkelijk in het idee?
Waarom kan ik dit goed doen?

De opdracht die bij de gele hoed moet worden voldaan, is een aantal antwoorden bedenken bij:
Wat is er leuk als je op schoolreis, uitstap gaat?
Wat is er leuk op de speelplaats?

Krachtbalinitiatie

Vorige week konden de leerlingen van het lagere 'proeven van krachtbal'.


16 september is Nationale Tandenpoetsdag

De kinderen van het eerste tot en met het vierde leerjaar hebben hun tanden gepoetst op de tandenpoetsdag op school.





Woensdag = fruitdag

Mogen we jullie er nog eens aan herinneren dat er op woensdag enkel water en fruit of groente in de boekentas van je kind mag zitten? We willen heel graag verder gaan met dit initiatief om een gezond tussendoortje te promoten.


Zwarte hoed = pas - op - hoed





















Vandaag werd de zwarte hoed voorgesteld aan de hand van vraagjes en een klein verhaaltje.

Wat zou er niet leuk zijn als je ouders je alleen thuislieten?
(enkele antwoorden)
“Als je gekke geluiden hoort, ben je helemaal alleen en dat is eng.”
“Er is niemand om mee te knuffelen.”
"Je hebt zin in frieten maar je mag ze niet zelf bakken."
"Als de bliksem op je huis valt dan word je daar bang van."


Als je ontdekkingsreiziger bent: wat is daar vervelend, onhandig, niet prettig aan?
Op deze vraag zullen de kinderen een antwoord bedenken in de klas.

Op de straat
Elias moet zijn broertje Pieter mee naar huis brengen na school. Omdat hij snel moet zijn om op tijd in de training van het voetbal te zijn, zet hij Pieter aan om sneller te lopen. Kleine broer vertrekt enthousiast maar vergeet te stoppen aan het zebrapad en wordt aangereden door een auto. Elias ziet zijn broertje vertrekken met de ziekenwagen en voelt zich vreselijk schuldig.

* Wat ging er fout?

* Wat is het probleem precies?

* Waarom is dit moeilijk?

* Waar herken je gevaar?

* Wat kunnen de risico’s zijn?

* Wat is het vervolg van het verhaaltje?

De kinderen zullen deze vragen bespreken in de klas.

Witte hoed is de weethoed



In de turnzaal werd de functie uitgelegd van de witte hoed.
Alle kinderen van het lagere kwamen samen in de turnzaal. Ze kregen er elk een opdracht die past bij de weethoed.

Het eerste leerjaar zal een tekening bespreken. Er staat een schoolbus op.
Het tweede leerjaar zal zich verdiepen in de 'Zezel, een spectaculair dier'.
Het derde en vierde leerjaar bekijkt het artikel 'Vliegrecord'.
En het vijfde en zesde leerjaar bestudeert de tekst 'Over sterren en planeten'.

Wat moeten ze daar nu meedoen? Ze beantwoorden de 'w - vragen'.
Wie, wat, waar, wanneer, ...





De weethoed kan je altijd gebruiken als je iets vertelt over wat er gebeurd is (je moet natuurlijk eerlijk zijn), wat er in de tekst staat, ...
Op de speelplaats kunnen de kinderen op de witte stippen staan om dit uit te proberen.








Volgende maandag wordt de zwarte hoed opgezet.