17 oktober: op stap, naar het bos


Van Uit het 'bosarchief'
Klik op de titel van het album om meer foto's te zien.


 

Op donderdag 17 oktober vertrekken we om 9 u. met de bus richting Beernem, naar Bulskampveld.

De allerkleinsten gaan op stap met 'Kriebel en Wiebel'  (Kriebel is een bijtje dat kriebelt wanneer het over je heen loopt. Wiebel is een zonnebloem die wiebelt in de wind. De kleuters maken kennis met deze twee dikke vrienden. De bij vraagt of de kinderen haar willen helpen. In kleine groepjes - van maximum zes kleuters per groep - gaan ze op stap in het parkgebied van het Bulskampveld. Tijdens de opdrachten ontdekken de kleuters op een speelse wijze de basiselementen van de natuur. Het zijn elementen die ze later in de eigen tuin en leefomgeving verder kunnen verkennen. Met eenvoudige hulpmiddelen zoals een emmer en een lepel worden tijdens het uitvoeren van de veldwerkopdrachten zowel klein-motorische als groot-motorische vaardigheden aangescherpt. De opeenvolgende doe-opdrachtjes brengen afwisseling in het geheel.)



Het 2de en 3de kleuter kiezen voor 'Beestig natuurpad' (
Kleuters gaan op speurtocht in de tuin of in het bos. Aan de hand van leuke spel- en doe-opdrachten, aangevuld met verhalen ontdekken zij de kenmerken en leefwereld van ondermeer de mol, de egel, het konijn, het lieveheersbeestje, de kikker, de spin, de slak en de regenworm.)



Voor de eerste graad bestellen we 'Beleef het landschap met Piep de bosmuis' (
Piep de Bosmuis nodigt de kinderen uit voor een verkennende tocht in het domein. Piep ziet en hoort allerlei dingen waar wij nooit op letten. De kinderen gaan, net als de bosmuis, met al hun zintuigen aan de slag om het Bulskampveld op een andere manier te ontdekken. Hierbij leren ze gericht waarnemen. Kijken naar vormen en kleuren, voelen en zoeken, ruiken en horen zijn de basiselementen waarrond gewerkt wordt. Al spelend leren ze zich oriënteren en maken ze kennis met diverse landschapselementen.)



Voor de tweede graad: Actief met de natuurgids (De natuurgids begeleidt de klas doorheen het bos en laat hen op een andere manier naar de natuur kijken. De leerlingen onderzoeken en ontdekken zelf een aantal bijzondere plekjes in het bos. Misschien zien we plotseling een eekhoorn langs de boomstammen rennen of kruisen we het pad van een kikker. Deze doe-wandeling is elk seizoen weer anders, want er wordt zeer sterk ingespeeld op wat die periode voor speciaals te bieden heeft: 'Bomenpad' met speciale aandacht voor boomsoorten, bladeren: voorjaar en najaar,  'Water en dieren in het water' (kriebelbeestjes of kikkers en salamanders): voorjaar en najaar, Paddenstoelen en andere herfstverschijnselen: najaar -Dierensporen (ook uitwerpselen, aangegeten nootjes, holen en braakballen zijn sporen die ons meer vertellen over een bepaald dier): voorjaar, najaar en winter! -Vogels: voorjaar, najaar en winter! -Kriebelbeestjes)


Voor de derde graad: Vlerk de vleermuis achterna  (De leerlingen worden uitgedaagd door de geest van de kasteelheer. Wie helpt hem bij zijn onderzoek naar vleermuizen? Met de hele groep, deelgroepjes of individueel voeren de leerlingen opdrachten uit rond: * echolocatie, gehoor en gebruik van een batdetector, * voeding en gebit, * het jaarritme met winterslaap, slaap- en jaagplaatsen en * de indeling in het dierenrijk, ondersteboven slapen, vlieghuid. Een goed uitgevoerde opdracht wordt beloond met een puzzelstuk. De complete puzzel biedt het antwoord op de vragen van de geest.)

Geen opmerkingen: